G-RMTF08QYP6

Begrippenlijst Chronologisch Internet Marketing.

Gemiddelde leestijd: 79 minuten

Begrippenlijst Chronologisch Internet Marketing.

Vakjargon zijn woorden die moeilijk te begrijpen zijn als je er geen kennis van hebt, dit kan voor veel personen heel frustrerend zijn en wat is er dan wel zo prettig om deze begrippen met uitleg op te kunnen zoeken.

Daarom kunt u bij http//www.geldacceleratie.nl via de kennisbank de meest voorkomende begrippen op chronologische volgorde opzoeken die gebezigd worden bij Internet Marketing.

Soms staan er ook wat afkortingen tussen die algemener van aard zijn en minder te maken hebben met affiliate marketing. “niet omdat dit moet maar gewoon omdat het kan“

De begrippenlijst zal regelmatig worden geüpdatet.

Begrippenlijst:

A

Admanagement:

Het systeem dat ervoor zorgt dat de juiste advertentie op het juiste tijdstip en op de juiste plaats en site aan de juiste bezoeker wordt geserveerd. Na een click op de advertentie wordt de bezoeker naar de juiste pagina doorverwezen, en het systeem houdt ook bij waar, hoe vaak en wanneer een advertentie is vertoond.

Ad Exchange:

Een ad exchange is een platform waar impressies van uitgevers worden gekoppeld aan campagnes van adverteerders. Het platform maakt automatisch bieden en verkopen van online media mogelijk.

Advertorial:

Een advertorial is een tekstadvertentie die qua opmaak sterk lijkt op de redactionele content van een website. De boodschap wordt geïntegreerd in de redactionele content van een of meerdere site(s).

Affiliate Marketing:

Partnership waarbij een adverteerder een partner (affiliate) beloont, wanneer een koper via de desbetreffende partnersite op de verkoopsite komt en daar een aankoop doet. Affiliates kunnen dit bewerkstelligen door advertenties van adverteerders op hun website te plaatsen.

Affiliatefraude:

 Fraude binnen affiliate marketing. Hierin moet je denken aan affiliates die met opzet in grote aantallen op hun eigen affiliate link klikken en ‘valse’ leads aanbrengen door bijvoorbeeld neppe mailadressen te gebruiken.

AI:

Simpel gezegd heeft kunstmatige intelligentie (Artificial Intelligence, AI) betrekking op systemen of machines die onze eigen intelligentie nabootsen om taken uit te voeren en die zichzelf tijdens dat proces kunnen verbeteren op basis van de vergaarde informatie. 

Algoritme:

Algoritmen in formele systemen zijn essentieel voor bijvoorbeeld de manier waarop computers informatie verwerken, omdat een computerprogramma een formeel algoritme is dat de computer vertelt welke specifieke stappen in een specifieke volgorde uitgevoerd moeten worden om een bepaald eindresultaat te bereiken. 

Alt-tags:

Alt-tags zijn woorden (of zinnen) die je aan afbeeldingen mee kunt geven.

Anchor tekst:

 De tekst die klikbaar is als je een link hebt gemaakt. Een anchor tekst wordt ook wel ‘anker tekst’ genoemd en is altijd klikbaar.

Autoriteit/en:

In meervoud de overheid. anders een persoon met veel kennis op een bepaald gebied. synoniemen autoriteit: bestuur, bewind, gezag, gezagsdrager, gouvernement, overheid, regime.

B

Backlink:

Een link vanaf een andere website, die naar jouw website verwijst. Een backlink wordt ook wel een inkomende link genoemd.

BANT-approach:

De BANT-approach staat voor Budget, Authority, Need and Timing. Met de BANT-approach wordt vastgesteld hoe de kwaliteit van de leads is.

B2B:

Business to Business. betekenis is dat bedrijven hun producten en diensten voor de bedrijvenmarkt aanbieden.

B2C:

Business to Consumer. De betekenis is dat bedrijven hun diensten en producten voor consumenten leveren.

B2G:

Business to Government, betekenis is dat bedrijven hun diensten/producten leveren aan overheidsinstellingen.

Bartering:

In plaats van geld, met iets anders betalen, zoals een ander product leveren, of een andere vorm van een dienst. In de wereld van online marketing wordt dit vaak gedaan door het aanbieden van wederzijdse backlinks.

Budget:

Hier wordt gekeken of de lead wel voldoende budget heeft om het product aan te schaffen. Wanneer er van te voren wordt vastgesteld dat de lead niet het beschikbare budget heeft, valt er natuurlijk niet veel te verkopen.

Authority:

Nu wordt er gekeken of de lead wel bevoegd is om de beslissing te nemen om het product of de dienst aan te schaffen. Wanneer de lead niet beslissing bevoegd is, is het misschien een beter idee om iemand anders uit het bedrijf te spreken.

Need:

Heeft de lead wel genoeg behoefte aan het product of de dienst? Wanneer de behoefte niet groot genoeg is, en de lead dus eigenlijk niet wil, is het misschien niet zo verstandig om veel tijd in deze lead te steken. Is dit wel het juiste moment voor de lead om aan jouw product/dienst te beginnen? Heeft de lead nog afspraken met andere leveranciers? Of is dit juist het perfecte moment voor de lead om met jouw product of dienst te beginnen. Met de BANT-approach behandel je deze zaken dus al vooraf en weet je zeker dat je te maken hebt met kwalitatief hoge leads

Banner:

Een advertentie op een internetpagina. Er zijn vele variaties en formaten, maar het IAB heeft een lijst met standaard formaten.

Bannering:

Een manier van online adverteren; het plaatsen van banners op bij de doelgroep of doelstelling passende websites.

Behavioral Targetting (BT):

Is het vertonen van reclame-uitingen aan de gebruiker op basis van het surfgedrag. Bij deze vorm van targetten wordt het surfgedrag en dus de interesses van de gebruiker bijgehouden aan de hand van cookies.

Bereiksprognose:

Voorspelling van de te behalen resultaten van een nog te voeren reclamecampagne. De campagne wordt teruggeplaatst in een vergelijkbare periode in het verleden.

Betrouwbaarheid:

Maatstaf voor de waarschijnlijkheid, dat een bepaalde steekproefuitkomst geldig is voor het universum of de populatie.

Bid:

Een bod wat je bied op het laten tonen van je advertentie, of wat je bereid bent te betalen voor een klik op je advertentie.

Black hat SEO:

Is een term is voor ‘illegale SEO’, ofwel, je niet aan de regels van de zoekmachines houden, en dus snel willen scoren.

Bruto bereik:

Het bruto bereik is het totaal aantal contacten binnen de doelgroep bij een serie uitzendingen. In tegenstelling tot netto bereik worden personen die meerdere malen zijn bereikt ook meerdere keren meegeteld. Bruto bereik kan zowel in absolute aantallen als in procenten worden uitgedrukt en kan worden berekend voor een reeks programma’s, tijdvakken en / of commercials. Bruto bereik = netto bereik x gemiddelde contactfrequentie Bruto bereik = GRP-totaal.

Business to business (BTB):

Deze doelgroep bestaat uit personen die een vrij beroep hebben, hogere employees zijn of leiding geven aan 1 of meer personen in de leeftijd 25-64 jaar. Zij moeten minimaal 25 uur per week werkzaam zijn.

Banner :

Verzamelnaam voor vele formaten webadvertenties, maar eigenlijk de verkorte naam voor een fullbanner.

Bedankpagina:

Een pagina waar naar je bezoekers doorverwijst worden nadat ze zich hebben aangemeld of een aankoop hebben gedaan. De bedankpagina is je volgende gelegenheid om die bezoeker verder in je verkooptrechter te begeleiden.

Bezoek:

Serie van een aantal opgevraagde pagina’s tijdens één sitebezoek, door één bezoeker.

Bezoeker:

Één uniek IP adres dat een bezoek uitvoert.

Billboard:

Een grote foto of illustratie boven aan een website (900×250 pixels).

Blog:

Een blog is een website met actuele informatie welke wordt aangeboden in chronologische volgorde. Veelal zijn dergelijk sites subjectief van aard.

Bounce rate:

Het percentage bezoekers dat op de site komt, maar deze weer verlaat zonder andere pagina’s binnen dezelfde site te bekijken. Een hoge bounce rate is veelal een indicatie dat de landingspagina niet heel relevant is voor de bezoeker.

Broken link:

Een link die niet werkt.

Browser:

Dit is een programma waarmee internetpagina’s kunnen worden opgevraagd. Veelgebruikte browsers zijn momenteel Internet Explorer, Firefox Chrome, maar ook nieuwe browsers als WebTV en NetBox voor internetten op de TV en moderne mobiele telefoons met internettoegang.

Button:

Feitelijk is de button een klein formaat banner: een advertentie slechts iets iets groter dan postzegelformaat, meestal 120×120 of 120×60 pixels. Door de opkomst van grotere formaten wordt de button steeds minder gebruikt.

C

Call to Action:

Oproep tot actie CTA is een begrip dat gebruikt wordt in marketing om potentiele kopers na het ontvangen van een reclameboodschap tot een specifieke handeling over te halen zoals het bestellen van het product , het bellen van een telefoonnummer of het downloaden van een White paper

Campagne:

Serie uitzendingen van één of meer commercials ten behoeve van reclame voor een bepaald merk, product, dienst, persoon, bedrijf of instelling.

Campagne-evaluatie:

Overzicht met de kijk- en luistergegevens van een campagne, zoals het uiteindelijke uitzendschema, de GRP’s en de uitzendkosten van de verkregen GRP’s (kosten per GRP). In de campagne-evaluatie kunnen ook totaalresultaten opgenomen worden zoals: het netto bereik, de gemiddelde contactfrequentie en contactfrequentieverdeling.

Click:

Een click wordt gerealiseerd wanneer een bezoeker op een banner of link klikt en daarmee de achterliggende pagina opvraagt. In het geval van display advertising krijgt iemand ná de click de pagina/website van de adverteerder geserveerd.

Cloaking:

Het verbergen van een uitgaande link. Met cloaking lijkt het er op dat je linkt naar een bestaande pagina binnen de website, maar in werkelijkheid link je naar een externe website.

Content:

Content is de Inhoud van een webpagina, veelal redactioneel.

Contentcuratie:

Het vinden en categoriseren van interessante, relevante content en dit duiden voor en delen met jouw publiek. Het gaat hierbij met andere woorden niet om het maken van nieuwe content (content creatie), maar om het ‘hergebruiken’ van bestaande content.

Dit kan content zijn die je zelf al hebt gemaakt, of content van anderen. Je gaat op zoek naar waardevolle nieuwsberichten, blogs, column, achtergrondartikelen, tweets, etc. en plaatst deze in een nieuwe context. 

Contentkalender:

Een contentkalender is een planning waarin je bijhoudt op welke dagen je welke content plaatst over jouw bedrijf, merk, product of dienst.

Conversie:

Daadwerkelijk resultaat voortkomend uit een click of bezoek, bijvoorbeeld een aankoop, ingevuld formulier of het achterlaten van gegevens.

Conversie attributie:

Conversie attributie is het toekennen van een bepaalde waarde aan de kanalen (= verkeersbronnen) die men gebruikt voordat men overgaat tot een conversie. Ofwel het toekennen van een conversie aan een bepaald kanaal.

Cookies:

Een cookie is een hoeveelheid data die een server naar de browser stuurt zodat deze wordt opgeslagen en bij een volgend bezoek weer naar de server teruggestuurd wordt. Zo kan de server de browser opnieuw herkennen en bijhouden wat de gebruiker, of feitelijk de webbrowser, in het verleden heeft gedaan. Cookies worden ook gebruikt als je met een database communiceert: op het moment dat je inlogt wordt er een cookie gezet dat de inloggegevens bevat. Bij elke volgende pagina zal dit cookie worden meegestuurd, zodat de server weet dat degene die de pagina’s heeft opgevraagd inderdaad is ingelogd. Zo kunnen bepaalde advertenties getarget worden.

Commercial Reclame:

Uiting op radio of televisie, die wordt uitgezonden binnen een tijdvak (reclameblok).

Copywriting:

 Het schrijven van (web)teksten. Hiermee kun je denken aan allerlei soorten teksten, zoals bijvoorbeeld advertenties, vacatures, verkoopteksten enzovoort.

CPA Costs Per Action:

Is een advertentiemodel waarbij de afnemer de aanbieder van advertentieruimte afrekent op het aantal acties die een campagne heeft gegenereerd, waarbij een actie vrij te definieren valt.

CPE:

Cost per engagement staat voor de kosten die een adverteerder maakt voor een interactie met een advertentie.

CPS Costs Per Sale:

Is een betalingsmodel waarbij de afnemer de aanbieder van advertentieruimte afrekent op de daadwerkelijke verkopen die een campagne heeft gegenereerd.

CPC Cost per click:

is een advertentiemodel waarbij de adverteerder alleen betaalt wanneer er daadwerkelijk op een advertentie geklikt wordt. Een adverteerder betaalt dus enkel voor het ingekochte aantal clicks, dit in tegenstelling tot het CPM model.

CPl:

Cost per lead model is een afrekenmodel waarbij de afnemer de aanbieder van advertentieruimte afrekent op het aantal leads dat is gegenereerd. Pas wanneer een lead is gegenereerd wordt betaald en niet al bij de vertoning of de click. Een ‘lead’ kan kan bijv. bestaan uit achtergelaten gegevens of de aanmelding voor een online nieuwsbrief.

CPM:

CPM staat voor Costs Per Mille (Kosten Per Duizend), dit is een advertentiemodel waarbij de adverteerder betaalt per duizend impressies.

CPO:

Staat voor het bedrag dat in de marketing gemiddeld wordt uitgegeven om een verkoop (of order) te halen.

Crawlen:

Is het verkennen van websites door zoekmachine software{bots} om de inhoud van sites te indexeren. Als een website niet goed gecrawld kan worden, heeft dit grote gevolgen voor de vindbaarheid van de site.

Crawl demand:

Geeft aan hoe vaak jouw content geüpdatet wordt en hoe actueel en vers jouw content is.

Crediteur:

Een bedrijf of een persoon waar jij nog geld aan moet betalen. 

CTR:

CTR staat voor Click-Trough Rate en is het percentage clicks ten opzichte van het aantal geleverde advertenties, dus hoe vaak er relatief op een advertentie is geklikt.

Cumulatief bereik:

Het percentage personen dat tenminste éénmaal is bereikt.

Clickratio/Click-through rate:

(CTR) Dit getal drukt het percentage uit dat er op een advertentie is geklikt, in verhouding tot het aantal keren dat de uiting is getoond. Clicks gedeeld door het aantal views x 100%.

CPL/CPA/CPS:

(Cost per lead/action/sale) Letterlijk: kosten per lead (reactie). Een tarief gebaseerd op de reële actie (bestellen of kopen) na het zien of klikken op een advertentie.

CPC (Cost per click):

De kosten per klik op een advertentie.

CPM(cost per mille):

Kosten per duizend vertoningen (impressies) van de advertentie.

D

Debiteur:

 Iemand of een bedrijf die jou nog geld is verschuldigd.

Deeplink:

Een deeplink is een link die verwijst naar een andere pagina dan de homepagina van de website. Met een deeplink verwijs je dus naar een ‘subpagina’ van een website.

Density:

Dichtheid.

Direct Respons Radio:

De consument kan onmiddellijk reageren naar aanleiding van een uitgezonden commercial. In de commercial wordt een reageermogelijkheid (telefoonnummer, postbusnummer, internetsite) genoemd.

Digitale producten:

 Producten die digitaal worden aangeleverd. Vaak zijn dit informatieproducten, zoals e-books, online videotrainingen, audioboeken en lidmaatschappen.

Display advertising:

Een manier van online adverteren; het plaatsen van banners op bij de doelgroep of doelstelling passende websites.

Dode link:

Een internet link die niet meer werkt, en dus naar een niet-bestaande website of pagina verwijst.

Doelgroep:

Groep personen die op basis van één of meerdere gezamenlijke kenmerken tot een groep gerekend worden, bijvoorbeeld b-to-b, boodschappers 20-49 jaar of 50-64 jaar.

DOI:

Een Double Opt-In (DOI) is een bevestiging dat iemand zich bewust inschrijft voor (bijvoorbeeld) een nieuwsbrief. Met een double opt-in geeft de gebruiker expliciet toestemming dat hij of zij emails wilt ontvangen voor een nieuwsbrief.

Domeinnaam:

Een domeinnaam is het webadres van je website. Je vind de domeinnaam in de adresbalk van je browser. Door een domeinnaam in te typen in de browser kom je op de website terecht.

Dood van Pierlala:

Lang, mager persoon. Eruitzien als de dood van Pierlala betekent eruitzien al een geraamte, eigenlijk is het een naam voor de “dood,,

E

EMD:

Exact Matching Domain. Betekenis: Is een domein die bestaat uit één bepaalde zoekterm.  

Expandable:

Advertentie die uitklapt vanuit een standaardmaat.

Exploitant:

Een exploitant is een eigenaar van één of meer websites en verkoopt hiervan de advertentieruimte.

e-zine:

Een e-zine is een digitaal magazine; een magazine wat dus niet wordt gedrukt, maar online wordt uitgegeven.

Eyeballs:

Een term die wordt gebruikt om het aantal personen die in aanraking is geweest met een bepaalde reclame uiting te benoemen. 

F

Facebook bot:

 Software waarmee automatisch Facebook chat gesprekken gestart en onderhouden kunnen worden.

Fast Lane:

Het snelle leven.

Features:

Ander woord hiervoor is kenmerken.

Flash:

Programmeertaal die de standaard is van display advertising.

Floorad:

Een advertentie die uitklapt vanuit een banner die aan de voet van de pagina is geplaatst. Dit formaat biedt meer communicatiemogelijkheden en heeft veel impact omdat hij deels over de content gaat.

Frequency cap:

Het maximale aantal vertoningen van een bepaalde banner in een bepaalde periode aan een. Een banner met een Frequency Cap (FC) van 3 zal dus maximaal drie keer in de desbetreffende periode aan een gebruiker vertoond worden.

Frequentieverdeling:

Resultaattype in het analysesysteem met de procentuele verdeling van het aantal personen dat van een bepaald schema 1, 2, 3 of meer contacten heeft gehad. Frequency Cap Bepaalt het maximaal aantal vertoningen per unieke bezoeker, meestal op basis van een cookie.

FYI:

De afkorting FYI staat voor For Your Information, ofwel ‘ter informatie’.

FOMO:

FOMO staat voor Fear of Missing Out, wat in het Nederlands vertaald kan worden naar de angst om iets te missen.

Funnel:

De letterlijke vertaling is een trechter. Maar een funnel en de betekenis ervan is: een funnel is een trechter die de bezoekers door jouw site leidt tot zij een aankoop doen via social media links of google zoekresultaat, blogs met info, gratis weggevers , e- mailing, aankoop of contact via offerte.

G

Gastbloggers:

Gastbloggers zijn bloggers die gastartikelen voor andere websites schrijven en publiceren.

GRP Gross Rating Point (GRP):

1 GRP is 1% kijkdichtheid / luisterdichtheid binnen een bepaalde doelgroep. Deze term wordt gebruikt als je spreekt over kijk- of luisterdichtheden van commercials, ongeacht de lengte van de commercial en de omvang van de doelgroep. Hoeveel kijkers of luisteraars 1 GRP vertegenwoordigt, hangt af van de omvang van de doelgroep in de populatie. Het totaal aantal GRP’s dat een reclamecampagne behaalt, is gelijk aan het bruto bereik.

Gemiddelde contactfrequentie (GCF):

Het gemiddelde aantal contacten dat de bereikte personen hebben gehad met de uitzendingen uit een schema. GCF = bruto bereik / netto bereik

Gemiddeld Dagbereik:

(TV) Het percentage kijkers dat gedurende een dag minstens 60 seconden aaneengesloten heeft gekeken.

Google AdSense:

Een manier om geld te verdienen met jouw website en is eigenlijk een soort advertentiemiddel. Adverteerders kunnen advertenties maken, en die advertenties verschijnen dan op jouw website. Klikken bezoekers op deze advertenties, dan krijg jij een bepaald bedrag per klik.

Gif Bestand:

Een bestandsformaat voor het opslaan van rasterafbeeldingen in digitale vorm. De afkorting is: grahics interchange format een grafische bestandsindeling met pixels, ondersteunt kleuren, verschillende resoluties, animatie en een transparante achtergrond.

Giphy:

Een Amerikaanse online database en zoekmachine waarmee gebruikers korte looping video`s zonder geluid kunnen zoeken en delen die lijken op geanimeerde gif-bestanden.

Google BERT:

BERT staat voor Bidirectional Encoder Representations from Transformers en is ontwikkeld door Google om onze natuurlijke taal beter te begrijpen. Hoe beter Google onze taal begrijpt en de achterliggende betekenis en vraag van zoekopdrachten begrijpt, hoe beter zij in staat is gericht antwoord en zoekresultaten te geven.

H

Heading tags:

Als het ware zijn dit dus tussenkoppen op je webpagina. Door heading tags goed op je website toe te passen, verhoogt dit de leesbaarheid van je teksten, en de positie van je pagina’s. In Google.Heading tags bestaan uit 6 kopteksten, namelijk H1 tot en met H6, waarvan H1 de belangrijkste (grootste) is.

Heatmap:

Geeft middels warmtebeelden weer welke handelingen bezoekers op een webpagina uitvoeren. Je krijgt op deze manier een goed beeld van waar bezoekers op klikken tot hoever ze scrollen en hoe ze zich door een webpagina bewegen. Een heat map laat een weergave zien met daarop gekleurde vlakken.

High ticket producten:

Producten die over het algemeen duur geprijsd zijn.

HTML5:

(HyperText Markup Language 5) is de nieuwste, nog onafgewerkte versie van de HTML-standaard. Voor ontwikkelaars bied HTML5 een manier om sneller webpagina’s en applicaties te bouwen. Voordelen van HTML5 zijn grotere compatibiliteit tussen systemen en dynamische weergave en integratie van verschillende elementen op een pagina. HTML5 wordt verder gezien als de ‘opvolger’ van Flash.

HIPPO:

De term en afkorting HIPPO staat voor Highest Paid Person’s Opinion, ofwel een ‘nijlpaard’ (van het Engels vertaald). Een HIPPO houdt simpelweg in dat deze persoon binnen de organisatie het meeste verdiend, dus ook het hoogste op de hiërarchie staat, en dat de mening van deze persoon er vaak het meest toe doet. Hierdoor bepalen managers en directeuren vaak (onterecht) wat het beste is voor het bedrijf, simpelweg omdat ze denken dat omdat ze het meest verdienen, het meeste te zeggen hebben. Werknemers die minder verdienen hebben zo dus minder te zeggen, waardoor hun mening vaak ondergewaardeerd word.

Hosting:

Een hosting is als het ware de opslag van een website. De hosting zorgt er voor dat bezoekers op je website kunnen komen; hiervoor is een stukje van een server gehuurd.

Https:

Https staat voor HyperText Transfer Protocol Secure en is dus een protocol. Dit protocol zorgt voor de afhandeling van aanvragen tussen de webbrowser (bijvoorbeeld Google Chrome) en de webserver (bijvoorbeeld Apache).

I

IAB:

Interactive Advertising Bureau. Wereldwijde belangenorganisatie, zorgen voor standaard advertentieformaten en afspraken binnen de industrie.

Influencer:

Iemand die een groot aantal volgers heeft online{You Tube ,Instagram Blog etc.} Dit publiek luister in het algemeen naar datgenen wat hij of zij te zeggen heeft en neemt dit dan vaak over wat die persoon doet. Infuencers gebruiken producten en diensten waar hun volgers dan ook graag gebruik van willen maken.

Influencer marketing:

Een vorm van maketing via socialemedia waarbij geprobeerd wordt om met behulp van invloedrijke mensen, potentiële klanten te beïnvloeden. Vanwege het grote aantal volgers en het succesvol overtuigen van al hun publiek wat betreft hun opinie in levensstijl en ervaringen worden ze dus ook wel socialemedia infuencers genoemd.

Intern linken:

Intern linken een link maken tussen pagina’s op dezelfde website.

Impressie:

Iedere enkele getoonde advertentie. Een pageview kan bestaan uit meerdere impressies, indien er verschillende advertentieposities op de pagina staan.

Intelligentiemeting:

Een intelligentiemeting of intelligentietest is een meting van de intelligentie van een persoon. Het meten van iemands intelligentie gebeurt voornamelijk met psychodiagnostische tests

Inventory:

Totale beschikbare hoeveelheid aan te verkopen impressies van een site of groepering van sites.

Intomart GfK:

Instituut voor toegepast marktonderzoek. Marktonderzoeksbureau dat onder andere het Nationaal Luisteronderzoek en het Kijkonderzoek uitvoert.

Impressies:

Aantal malen dat een uiting op een website is bekeken.

IQ:

Intelligentieqoutiënt Het IQ of intelligentiequotiënt is een gangbare maat om de intelligentie te meten. Het IQ is een getal dat min of meer een normaalverdeling kent.

J

Job:

Met hoofdletter geschreven is het een eigennaam , men doelt op het bijbelse boek uit het oude Testament dat Job heet.

In Engels als zelfstandig naamwoord zonder hoofdletter is de betekenis: synoniem voor baan.

Jargon:

Taalgebruik binnen een vakgebied of groep mensen. De vaktaal die gebezigd word is voor buitenstaanders lastig of vaak moeilijk te volgen.

Jury:

College van buiten de rechterlijke ambtenaren aangewezen personen dat de rechter op zijn vragen het antwoord geeft waar de beslissing vanaf hangt. Of een commissie van beoordeling bij een wedstrijd.

K

Keyword:

Een keyword is een zoekwoord of een zoekterm.

Keyword density:

Keyword density houdt de hoeveelheid keer een bepaald woord (of term) in een tekst voorkomt.

Kortingscode:

Een kortingscode is een speciale code waarmee je een korting kunt krijgen. Deze code vul je dan vaak bij het afrekenen in, zodat de korting word verrekend.

Kosten per GRP:

De kosten per GRP geven aan hoeveel de adverteerder moet betalen om 1 procent kijk of luisterdichtheid te behalen binnen een bepaalde doelgroep.

Kosten per duizend:

Kosten voor een reclame-uiting/ campagne per duizend bereikte personen.

Kiss:

De afkorting KISS staat voor Keep It Simple, Stupid. Hiermee wordt bedoeld om het juist zo simpel en eenvoudig mogelijk te houden. als het ware is dit een andere benaming voor ‘less is more’, waarmee bedoeld word dat ‘minder meer is’.

KPI:

Key Performance Indicators (KPI) staat voor de kritieke prestatie indicatoren van een bedrijf, merk, product of dienst. De KPI’s zijn de variabelen om resultaten goed te kunnen meten. Wanneer je KPI’s gaat meten, meet je dus prestaties van bepaalde indicatoren van het bedrijf. Hierbij kun je denken aan het aantal nieuwe klanten wat door een advertentie is gekomen, de omzet, winst, klachten van klanten enzovoorts. Bedrijven stellen dan ook vaak KPI’s vast als doelstelling. Een voorbeeld hiervan is bijvoorbeeld “We willen 100 nieuwe klanten in de maand januari” (even simpel gezegd). Hierbij wordt dus de KPI van 100 nieuwe klanten in januari gesteld. Om KPI’s vast te stellen, is het natuurlijk wel belangrijk om de doelen ook meetbaar en realistisch te maken. Hiervoor worden KPI’s dus SMART gemaakt.

L

Landingspagina:

Het internetadres dat een adverteerder bij de banners moet leveren, en middels een ad managementsysteem wordt gekoppeld aan de uitingen van een campagne. Op het moment dat de bezoeker op de banner klikt, zal deze in een nieuw venster naar de juiste URL worden geleid.

Layer ad:

Een advertentie die als een laag over de pagina heen animeert. Deze heeft geen vast formaat, heeft veel impact maar irriteert sneller omdat hij over de content gaat.

Leaderboard:

Advertentieformaat van 728×90 pixels.

Linkbuilding:

Linkbuilding is  bouwen van links naar jouw website. Dit kunnen zowel interne (links op jouw website, naar jouw website) als externe (links van andere websites naar jouw website) links zijn.

Linkfarm:

Een netwerk aan sites wat is opgezet om links naar elkaar (en andere sites) te maken – met als doel om de website positie in de zoekmachines te versterken.

Linkruil:

Ruilen van links naar verschillende websites. Met linkruil vraag je de webmaster van een andere relevante website om een link naar jouw website te plaatsen. Dit doe jij dan andersom ook.

Luisterdichtheid:

Het gemiddeld percentage personen in een bepaalde doelgroep dat gedurende het aantal aangegeven dagen gemiddeld naar een desbetreffend station heeft geluisterd.

Large rectangle:

Grote rechthoekige banner. Een (large) rectangle is 336×280 pixels.

Leaderboard:

Deze uiting verschijnt meestal bovenaan de pagina van de website. Een leaderboard is 728×90 pixels

lead:

Een lead is iemand die mogelijk interesse kan hebben in het product of de dienst die jij aanbied.

LSI:

LSI Keywords zijn Latent Semantic Indexing Keywords. betekenis: een manier voor zoeksystemen om taal wiskundig te begrijpen en weer te geven op basis van de gelijkenis van pagina`s en het gelijktijdig voorkomen van trefwoorden.

M

Marktaandeel:

Het percentage kijkers of luisteraars naar een bepaald programma of bepaalde zender, gepercenteerd op het totale kijkers- of luisterpubliek.

Mediamix:

De samenstelling van mediatypes die deel uitmaken van een reclamecampagne.

Medium Rectangle:

Grote rechthoekige banner. Een (large) rectangle is 300×250 pixels.

META-omschrijving:

Je zegt in het kort waar de pagina over gaat. De META-omschrijving is zichtbaar in de zoekmachines, en is volledig naar eigen tekst aan te passen.

Mouse-over:

Actie die begint als je met de muis over een bepaald deel van de advertentie gaat, voorbeelden zijn het afspelen van een filmpje, geluid of een animatie van de banner.

Marcom:

Marcom staat voor marketing en communicatie. Wanneer de term ‘marcom’ genoemd word, betekent dit alle vakgebieden van marketing en communicatie.

N

NAW:

Afkorting voor Naam, Adres en Woonplaats. 

Netto bereik:

Het netto bereik is het aantal personen binnen de doelgroep, dat tijdens een serie uitzendingen minimaal 1 keer is bereikt (heeft gekeken of geluisterd). Netto bereik kan in een percentage of in absolute aantallen worden uitgedrukt.

Niche:

Nichemarkt vaak ook aangeduid met alleen niche is een specifiek , vaak klein, afgebakend en bewerkbaar deel van een markt. Nichemarkten kennen minder concurrentie dan de hoofdmarkt . Sommige nichemarkten kennen zelfs maar een aanbieder.

NOM Doelgroep Monitor:

NOM staat voor Nationaal Onderzoek Multimedia. De Doelgroep Monitor geeft gedetailleerde informatie over vrijetijdsbesteding, interesses en activiteiten, gebruik van producten en merken op gebied van cosmetica, voeding, apparatuur en financiën, over autobezit en gebruik, winkelbezoek en waarden op doelgroepen.

Noindex:

:Aan de zoekmachines aangeven dat een bepaalde pagina niet geïndexeerd moet worden.

Netto bereik (uniek):

Het aantal unieke bezoekers van een campagne.

O

Ordonnanceren:

Het akkoord geven op een factuur.

Online bereik:

Het percentage personen van de doelgroep dat gedurende een bepaalde periode minimaal een pagina impressie heeft gehad, ongeacht de bezoekduur of het bekeken aantal pagina’s.

Online bereik absoluut:

Bereik, maar dan in absolute aantallen.

Organisch Bereik:

Betekenis is de hoeveelheid verschillende mensen dat een bericht /foto/blog op social media bereikt, zonder de content te verspreiden tegen een betaling. Het bereik dat een bericht heeft, zonder Social Advertising toe te passen.

Organische bezoekers:

Bezoekers die via gratis zoekresultaten van een zoekmachine op je website komen.

Outsourcing:

Betekenis: Het uitbesteden van bepaalde activiteiten van een bedrijf.

P

PageRank:

PageRank is een beoordeling die Google aan een website geeft. Hoe hoger de PageRank, hoe beter. De PageRank wordt niet alleen gegeven aan het hoofddomein van een website, maar ook aan de achterliggende pagina’s, zoals bijvoorbeeld artikelen.

Pageview:

Een eenheid om het aantal bezoekers aan een pagina te meten, en komt overeen met één opgevraagde internetpagina bij een server. Een enkele pageview is een gehele pagina die door een bezoeker wordt opgevraagd, dus alle teksten en beelden, inclusief eventuele advertentieruimte.

Panel:

Continue steekproef van personen of huishoudens die gedurende langere tijd deelnemen aan een onderzoek.

:

PayPro:

Een manier om online betalingen te kunnen te kunnen doen; als een soort tussenpersoon. PayPro biedt de mogelijkheid voor product-eigenaren om hun product te koop zetten, waardoor klanten via bijvoorbeeld iDeal of PayPal het product te kunnen kopen.

Peter R de Vries:

Misdaadverslaggever, vermoord om zijn visie. Overleden op 15-7-2021 op 64 jarige leeftijd.

Phrases by keyword:

Zinnen op trefwoord.

Pingback:

Een pingback is een link op een andere pagina of website die verwijst naar jouw content.

Podcast:

Audio uitzending waarbij het geluidsbestand op aanvraag wordt aangeboden door middel van webfeeds. Dankzij de introductie van draagbare mp3-spelers zoals iPod was deze vorm van uitzenden snel populair onder radioamateurs. De term podcast is dan ook een samentrekking van iPod en broadcast.

PPI:

Paid Inclusion (PPI) betekent het betaald opnemen in de zoekresultaten van een zoekmachine. Bij Paid Inclusion betaal je dus om in de zoekresultaten van de zoekmachines te scoren, zodat je altijd op een goede plek zichtbaar bent.

Pre-roll:

Online videocommercial die vaak wordt vertoond voor programmastreams op bijv. Uitzendinggemist, maar tegenwoordig ook voor korte videocontent en op sites als YouTube.

Profiel:

Resultaattype in het analysesysteem, waarbij de samenstelling van de kijkers- of luistergroep als percentage van doelgroepen wordt weergegeven (bijvoorbeeld 50% vrouwen en 50% mannen).

Profielfoto:

Een afbeelding die word gebruikt om de ‘hoofd foto’ van een gebruiker weer te geven. Veel bedrijven gebruiken daarentegen het logo van het bedrijf.

PMA:

Platform Media Adviesbureaus Pageview(s) Een vertoning van een webpagina (pagina van een website). Pop-up Advertentievorm waarbij tijdens het oproepen van een bepaalde pagina automatisch een extra venster opent met daarin de pagina van de adverteerder.

Pagevieuw(`s)

Een vertoning van een webpagina (pagina van een website).

Pop-up:

Advertentievorm waarbij tijdens het oproepen van een bepaalde pagina automatisch een extra venster opent met daarin de pagina van de adverteerder.

PPV:

Een afreken methode waarmee er per weergave betaald word. PPV staat voor Pay Per View (Betalen Per Weergave).

Pseudoniem:

Ander woord is alias of schuilnaam. dus de persoon in kwestie geeft een naam aan die niet van die persoon is.

Publisher:

Een Publisher is de eigenaar van1of meer websites en verkoopt hiervan de advertentieruimte.

Q

Q&A:

Q&A staat voor Questions and Answers wat weer in het Nederlands vertaald kan worden naar Vragen en Antwoorden.

Queue:

Queue in email marketing is een wachtrij van mails die wachten om verzonden te worden.

Quote:

Een quote is een aanhaling of citaat of te wel een weergave van wat iemand gezegd heeft.

R

Rectangle:

Advertentieformaat van 300×250 (medium) 336×280 (large), wordt het meest gebruikt.

Retargetting:

Met retargeting is het mogelijk om bezoekers die bepaalde pagina’s van je website hebben bezocht, of bepaalde uitingen hebben gezien, opnieuw te benaderen middels beeld of tekstadvertenties.

Respondent:

Een persoon die zijn/haar medewerking verleent aan een onderzoek.

Rich snippets:

Een rich snippet is eigenlijk een uitgelichte zoekresultaat in Google en bevat een rijkere content, met meer informatie dan een standaard resultaat in de zoekresultaten van Google.

ROAS:

Roas staat voor Return On Advertising Spend, een methode om de effectiviteit van een advertentiecampagne te bepalen.

Robots.txt:

Een tekstbestand op de host van een website waarin aan zoekmachines wordt aangegeven welke pagina’s er wel en niet geïndexeerd mogen worden.

ROI:

Return of Investment geeft het rendement op de investering aan. De ROI van een geheel bedrijf kan men berekenen door de netto winst te delen door de boekwaarde van de totale activa. dit kan een negatief of een positief getal opleveren.

RON:

Run of Network. De advertentie te zien is op willekeurige pagina’s van alle websites.

ROS

Run of Site. De advertentie roteert op willekeurige pagina’s van een specifieke site.

S

Scarcity:

Het toepassen van schaarste in je marketing.

Scrapersite:

Een website die content van andere websites ophaalt, en deze op de eigen website importeert. Hiermee staat er dus andermans content op de website, met als doel om zo bezoekers te trekken.

Skyscraper:

Rechtop staande langwerpige advertentie in een webpagina met het formaat 120×600 (bxh) pixels.

SEO:

SEO staat voor Search Engine Optimization en betekent het optimaliseren van websites voor de zoekmachines.

SEA:

SEA staat voor Search Engine Advertising en betekent kort gezegd het adverteren in de zoekmachines.

SEM:

SEM staat voor Search Engine Marketing en houdt in dat je de website beter in de zoekmachines vindbaar maakt. Dit kan doormiddel van SEO (Search Engine Optimazation) en SEA (Search Engine Advertising).

Semantiek:

Ander woord hiervoor is betekenisleer en is een wetenschap die zich bezighoudt met de betekenis van symbolen, waarbij in het bijzonder bouwstenen van natuurlijke talen die voor de communicatie dienen ofwel woorden of zinnen betreft.

SMMA:

SMMA is de afkorting voor Social Media Marketing Agency; ofwel een bedrijf wat de social media marketing voor andere bedrijven doet.

SMMB:

SMMB is een afkorting welke staat voor Social Media Marketing Bureau. Dit is een bedrijf welke de social media voor andere bedrijven oppakt. Eigenlijk is SMMB de Nederlandse term voor SMMA (Social Media Marketing Agency)

Social Media:

Verzamelnaam voor allerlei toepassingen waarmee je onderling content maakt en deelt.

SDP:

Het SDP Model is een afkorting voor Segmentering, Doelmarktbepaling en Positionering. In principe is het SDP Model een instrument om bepaalde groepen te identificeren, en daarbij de juiste marktbeweging te formuleren.

SaaS:

Software as a Service is software die via het internet geleverd word en waar je in termijnen voor betaald.

SERP:

Search Engine Rankings Page en betekent eigenlijk de pagina die je ziet als je iets zoekt in Google.

Stornering:

Het terug laten boeken van een automatische incasso.

T

Target Blank:

Target Blank is een hyperlink wanneer de pagina in een nieuw tabblad word geopend. Wanneer de bezoeker dus op de link klikt, opent er een nieuw tabblad en blijft de huidige pagina gewoon open.

Targetting:

De advertentie gericht tonen aan een bepaalde groep gebruikers, dit kan op basis van plaats, tijd, datum, omgeving, surfgedrag of interesses.

Title-tags:

Een Title-tag is de titel van een pagina die in Google (en ook op je website) getoond word.

Tokens{Digitaal}:

Dit soort tokens zijn niet als een reeks cijfers, als dat wel zo was, dan kan je ze iets te makkelijk kopiëren. Je kan ze vergelijken met inzendingen of regels in een blockchain. Jij bezit deze tokens op de blockchain, omdat je een private key hebt waarmee je toegang hebt tot deze tokens en ze kunt versturen naar anderen. Je hebt de token niet zelf op je computer staan, maar bewaart alleen de private key (toegangscode) hiertoe. De meest gebruikte token is de ERC-20token.

Traffic:

Dataverkeer over internet, deze term staat gelijk aan het verkeer naar een site.

TL;DR:

TL;DR is een afkorting voor ‘Too Long; Didn’t Read’. Deze term wordt gebruikt om aan te geven dat een tekst te lang is, en dus niet interessant genoeg is om te lezen.

Trackback:

Een trackback is een link van de ene website, naar de andere website. In principe is een trackback dan ook niets anders dan een backlink; een link vermelding.

Typografie:

De leer van het vormgeven, opmaken , zetten en drukken van tekst.

U

UGC:

Content of informatie welke gecreëerd wordt door de bezoekers van een site, sociaal platform of ander medium. Dit kan zijn in de vorm van foto`s tekst muziek video`s enz

Uitstappagina:

De webpagina die de bezoeker voor het laatst heeft bezocht voordat hij de website heeft verlaten.

Umfeld:

Het umfeld is de omgeving of context van een boodschap, bestaande uit redactionele inhoud, vormgeving of andere communicatie-uitingen in een bepaald medium. Het betreft veelal de passendheid van de online uiting bij de content van de site.

Unieke bezoeker:

Het bezoek van één gebruiker aan een website in een bepaalde periode, ongeacht het aantal opgevraagde pagina’s.

USP:

USP staat voor Unique Selling Point en kan in het Nederlands vertaald worden naar een unieke product eigenschap; ofwel hetgeen wat je product (of dienst) uniek maakt.

V

Vieuw:

Een view is een eenheid om het aantal bezoekers aan een pagina te meten, en komt overeen met één opgevraagde internetpagina bij een server. Een enkele view is een gehele pagina die door een bezoeker wordt opgevraagd, dus alle teksten en beelden, inclusief eventuele advertentieruimte.

VVO:

De afkorting VVO staat voor verkoopoppervlakte. Hiermee wordt de ruimte bedoeld die daadwerkelijk is bedoeld om te verkopen.

w

Waste:

Het aantal personen dat niet tot de primaire doelgroep behoort maar wel met de campagne wordt bereikt.

Webfeeds:

Bevat een verwijzing naar het mediabestand.

Webinar:

Een webinar is een online presentatie.

Weblog:

Een weblog is een website met actuele informatie welke wordt aangeboden in chronologische volgorde. Veelal zijn dergelijke sites subjectief van aard.

Welstandsklasse:

De welstandsklasse is een indeling van de populatie op basis van de combinatie beroep en opleiding.

White Hat SEO:

 Is een term die word gebruikt om ‘legale SEO’ aan te duiden. Met ‘legale SEO’ wordt bedoeld dat je je website voor de zoekmachines optimaliseert, aan de hand van de regels die de zoekmachines (met name Google) voorleggen.

WordPress:

Een gratis content management systeem (CMS) waarmee je zelf een professionele website kunt maken én onderhouden.

X

X Factor:

Het hebben van een of meerdere eigenschappen die een ander niet heeft. De x factor is bijvoorbeeld de kwaliteit die een zanger tot een ster maakt. De x-factor kan ook slaan op een merk of een bedrijf dit komt dan meestal door de usp`s van het onderwerp.

X-as:

De horizontale as van een kaart of grafiek. Samen met de y-as is het mogelijk om coördinaten of overeenkomstige waarden uit te zetten.

X hoogte:

De typografische term x-hoogte, slaat op de hoogte van de kleine letters zonder stokken en staarten. De x-hoogte geeft aan hoe hoog de kleine letters van een lettertype zijn in verhouding tot de hoofdletters.

y

Y-as:

De y-as is de verticale as van een kaart of grafiek. Samen met de horizontale x-as is het mogelijk om coördinaten of overeenkomstige waarden uit te zetten

z

Zero Sum Game:

Een nulsomspel is in theorie een spel waarbij de opbrengst een constante waarde heeft .Als een speler wint , moeten de andere spelers evenveel verliezen.

Zoekvolume:

Het aantal keer wat op een bepaalde zoekterm word gezocht in de zoekmachines. 

Zoekwoord:

Zoekwoorden zijn termen die mensen in Google (of andere zoekmachines) intypen.

E

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *